Margo Pepels is thuis tussen de tbs’ers

Thuis tussen de tbs’ers

Margo Pepels (59) ziet haar klanten liefst nooit meer terug, want ze werkt bij de Nijmeegse Pompestichting waar ze tbs’ers behandelen. Margo stuurt er multidisciplinaire teams aan. En al zal ze nooit 100 procent garantie geven, vanuit haar kliniek keren mensen met een hoge slaagkans terug in de maatschappij. Springlevend024 ging een kijkje nemen achter de hekken.

Tekst Leo Eijkhout • Foto Marcel Krijgsman

Iemand die zich de kaas niet van het brood laat eten. Die indruk krijg je van Margo, zoals ze al bij de ingang de fotograaf aanwijzingen geeft. “Als ik nou daar ga staan, heb je die achtergrond”, zegt ze resoluut, en dan blijkt dat ze er wel enige kijk op heeft. Als hobby doet ze aan straatfotografie. “Best spannend, als ik aan wildvreemden vraag of ik ze mag fotograferen.” Mooi hoe ze dat zegt, terwijl ze toch werkt op het scherpst van de maatschappelijke snede, deze gedreven vakvrouw.

Resocialisatie
Op naar het Kempenhuis, waar resocialisatie het motto is. Maar daar kom je zo maar niet binnen, de beveiliging is strenger dan op een luchthaven. Je paspoort gaat door een systeem, je telefoon in een kluisje, je spullen gaan door de röntgen en er zijn wel zes pantserglazen deuren. Een beveiliger tast ook nog je lijf af met zo’n elektronische plank en pas als dat ding ‘piep’ zegt, mag je door. Overal zie je hoge, driedubbele hekken, rollen prikkeldraad, enorme stalen poorten en camera’s. “Maar het is geen gevangenis”, zegt Margo, “want hier gaan de hele dag tbs’ers in en uit”. En nét op dat moment verlaat een sociotherapeute met een patiënt het pand. Hij groet Margo vriendelijk en ze wenst hem succes. Ze vertelt: “Het is een enorme stap als iemand na twaalf jaar voor het eerst naar buiten gaat. De eerste tijd gaat er altijd een beveiliger mee. Op die situaties worden we intensief getraind. Dat heet SUST: Samen Uit, Samen Thuis. Op een gegeven moment mogen ze onbegeleid naar buiten, maar dan zijn ze al heel ver.”

Bij de hoofdingang staat een levensgroot scorebord met UIT en THUIS, met als tussenstand: 8 – 118. Die cijfers wisselen gedurende de dag. En er is nóg scorebord, want de Nijmeegse kliniek is de enige met een voetbalelftal in de KNVB-competitie: de Jonker Boys. Zij spelen alleen thuiswedstrijden en hebben geen derde helft.

Zo zijn er veel meer activiteiten. Er is een tennisveld, een sporthal, een muziekatelier, maar ook een productiehal waar betaald werk wordt verricht en een tuinderij. Dat alles om vaardigheden op te doen, stoom af te blazen en normale dagritmes aan te leren. Patiënten kunnen ook bellen met de buitenwereld, al wordt dat wel gemonitord.

Veiligheid
“Relationele veiligheid is hier van groot belang. We bouwen een zodanige band op met de patiënt dat we er zeker van zijn dat hij het ons meldt als hij een terugval ervaart. Maar al zijn we kampioen ‘toneel-lezen’, we doorzien niet alles en we willen absoluut voorkomen dat iemand die er nog niet aan toe is, doorgaat naar een losser regime”, legt Margo uit. “Verder is ook onze persoonlijke veiligheid belangrijk. Iedereen krijgt periodiek weerbaarheidstraining en dat is niet een beetje stoeien. We leren er primair technieken op de-escalatie: als er iemand met stoelen begint te gooien of zich dreigend naar jou opstelt, hoe haal je dan die angel eruit? Ook fysiek staan we ons mannetje, we beheersen de nodige handgrepen. En als we onze pieper indrukken, vliegt vanuit alle hoeken de hulp naar je toe. Sterker, niet zelden springt een andere patiënt voor je in de bres, maar gelukkig komen zulke incidenten sporadisch voor.”

Delict-analyse
Bij aanvang wordt met de patiënt een grondige delict-analyse gemaakt. Welke gedachten, emoties, gedrag bezielden hem voor en tijdens het delict? Het is van groot belang om alles gedetailleerd in kaart te brengen en het daar ook over eens te zijn. Die inzichten zijn leidend bij het behandeltraject. Doet de analyse van die soms vreselijke wandaden ook iets met de behandelaar? Margo legt uit: “Kijk, wij lezen het dossier, we zien de foto’s en dat liegt er vaak niet om. Dan ga je heel close werken met iemand die dat op z’n geweten heeft, die dat soms nog steeds ontkent, er maling aan heeft of er juist van nageniet. Dat kán in je hoofd gaan zitten, maar daar worden we hier heel goed in begeleid.”

Tiny houses
Op het terrein staan ook een paar tiny houses. Daar wonen tbs’ers die nagenoeg vrij het terrein op en af kunnen. Die hebben het hele traject goed doorlopen, maar hebben nog een tijd ambulante nabehandeling nodig. Alles stelt de kliniek in het werk om ze naadloos terug te laten keren in de maatschappij. Inclusief huisvesting, werk, soms schuldsanering en een versterkte basis van vrienden en familie. Die worden bij het hele behandeltraject betrokken. Geen enkele ex-patiënt gaat weg zonder een terugval-preventieplan, jarenlang wordt gewerkt aan het herkennen van triggers en valkuilen: wat doe ik als dit gebeurt in mijn leven? Wat als ik dat voel? Hoe ga ik om met duizend-en-een dagelijkse situaties? Geen wonder dat tbs vaak vele jaren duurt. Heb je dan nog steeds geen stappen kunnen maken, resteert de longstay, waar bijna iedereen de rest van zijn leven slijt. Of haar leven natuurlijk, maar meer dan 90 procent van de tbs’ers is man. “Hoe dat komt? Mannen richten afwijkend gedrag bijna altijd naar buiten, op anderen. Vrouwen hebben meer de neiging zichzelf iets aan te doen of soms hun man of kinderen.”

Balanceren
“Het is een balans act tussen bescherming van de samenleving enerzijds en behandeling – liefst genezing – van de patiënt anderzijds”, vertelt Margo, “en ja we spreken van patiënten, omdat ze hun delict pleegden als gevolg van een psychiatrische stoornis. Soms totaal onbewust of zelfs ongewild. Dan is iemand ontoerekeningsvatbaar en komt direct in de tbs. Als er daarnaast toch nog sprake was van een deel verwijtbaarheid, krijgt hij of zij eerst een gewone gevangenisstraf.”

Multidisciplinair
Margo en een zorgmanager sturen een team aan dat bestaat uit een sociotherapeut, een psychiater, een forensisch maatschappelijk werker en een jobcoach. Verder zijn er therapeuten, vaardigheidstrainers en bewegingsagogen werkzaam in de kliniek die onderdeel uitmaakt van de Pompestichting. Alles zodat dat de patiënt straks geen delict meer begaat.

Candid-camera
Margo adviseert ook rechters die beslissen over al dan niet verlengen van de tbs. Ze is dan bij de zitting in de rechtbank om vragen te beantwoorden. Met een smile op haar gezicht vertelt ze: “Ik was daar eens met een patiënt die nogal grofgebekt was en de rechter vroeg hem, zijn krachttermen te vervangen door het woord: ‘pannenkoek’. De man keek om zich heen en vroeg grijnzend of hij soms in candid camera zat.”

Lachend gaat ze verder: “Laatst kreeg een patiënt zijn nieuwe scootmobiel en hij ging oefenen met de snelheden ‘haas’ en ‘konijn’. Maar hij zette ‘haas’ verkeerd aan en verdween als een raket in de hekken. Geen vluchtpoging, haha, maar wel hilarisch. Ja, er valt hier ook genoeg te lachen, hoor.”

Trump
Tot slot de vraag aan Margo of ze de Amerikaanse president aan een ziektebeeld kan koppelen. “Nou, dat doe ik niet, want in onze beroepsgroep geven we nooit een diagnose zonder de patiënt gezien te hebben. Al durf ik wel te zeggen dat er met die man qua stoornissen van alles aan de hand is.”

Als verslaggever kwam ik niet zomaar binnen in De Pompekliniek, maar gelukkig wel vlotjes er weer uit. Een interessante ontmoeting rijker, alsook de zekerheid dat Margo en collega’s alles in het werk stellen om de maatschappij te beschermen. En om mensen die de volksmond ‘slecht’ noemt, weer ‘goed’ naar buiten te brengen.



LEES SPRINGLEVEND024 ONLINE!