23 dec Jodelahiti, met zestigplus naar de après-ski
Jodelahiti, met zestigplus naar de après-ski
Wat onze mannen kunnen, dat kunnen wij ook, dachten Annemieke Brunet de Rochebrune en Tineke Poldermans een jaar of vijftien geleden. Dus rijden ze sindsdien iedere winter met vijf of zes meiden naar de Alpen om te skiën. En ja, ze zijn inmiddels vrijwel allemaal rond de zeventig en oma, maar ze laten zelfs de après-ski niet links liggen.
Tekst Leo Eijkhout Foto: Privé
De initiatiefnemers? “Dat waren wij”. zeggen Annemieke en Tineke. De term doorgewinterd past bij deze twee. “Maar dan hebben we het over skiën hoor”, vult Jouk Koopmans aan en een lach gaat over tafel. “Die is bij ons nooit ver weg”, zegt Monique Estourgie en meteen vervolgt ze: “Weten jullie nog die ene keer…?”
Ze vinden het heerlijk om een weekje met vrouwen onder elkaar te zijn en de voorpret begint al weken eerder. “Al was het maar omdat Monique dan voor ons kookt, mét een ster,” zeggen ze. “En als we dan weken later wegrijden”, zegt Jouk, “ontstaat al op de hoek van de straat die meiden-onder-elkaar dynamiek. Dat is niet uit te leggen.”
In Oostenrijk werd hen door een paar stellen van middelbare leeftijd eens gevraagd: “Waar landen jullie eigenlijk, in Innsbruck?” Stoer hadden ze geantwoord: “Vliegen, bedoel je? Welnee joh, twee auto’s en rijden met die hap.” Dat wekte bewondering bij de omstanders, want rijden in de besneeuwde Alpen is bepaald iets anders dan op Hollandse polderwegen.
De een werkt nog, de ander is druk met de kleinkinderen, weer een ander tennist of schildert, ze spelen golf. Zestig- of zelfs zeventigplus? Dat is het nieuwe druk-druk-druk, als je deze vrouwen beluistert.
Après-ski
Weer beneden in het dal nemen de vrouwen een of twee Flügeltjes. Maar ze blijven heus niet altijd hangen en gaan dan naar het appartement. “Ja,, grijnst Monique, “maar dan daar ligt er op ons terras die halve meter sneeuw, waar de witte wijn zo lekker koel in blijft.” Soms blijven ze dus een avond thuis, eten wat en maken het onderling gezellig. Behalve meidenpret hebben ze dan vaak mooie gesprekken. “Over het leven en zo, want we maken natuurlijk allemaal wel dingen mee,, zegt Tineke. Maar dan de volgende dag na het skiën, verordonneert Marlous Janssen, met haar 62 jaar het piepkuiken van het stel: “Zo dames, even naar huis om de neus te poederen en dan hup naar de après-ski.” En Jouk vertelt: “We bestelden nog een rondje bier, zegt zo’n man: ‘Zo, dames dat gaat lekker’. En Monique gevat er overheen: ‘Ja, het leven houdt niet op bij 65, hè?’ En ze schateren het uit.
“Nee dan vorig jaar, die club jonge vrouwen die naar onze leeftijd vroegen. Gillend riepen die: ‘Ooh écht, zonder kerels en zo? Dat willen wij ook, nu en over dertig jaar!’”
De dames nuanceren het. “Zeker op de après-ski zijn we er alert op dat we niet uit de toon vallen, hoor. Niet dat mensen denken: waar zijn die gummen mee bezig?” Maar meteen: “Behalve die ene keer, waar was het, die topavond in de Hofstadl in Flachau” en quasi beschaamd slaan ze een hand voor de mond. “Jee, wat was dat gezellig,” luidt het eenstemmig, “alleen hadden we aan dat wedstrijdje atten (glas in één keer leeg, LE) beter niet mee kunnen doen.” Monique zegt: “Zeg dat wel, want na afloop gingen we met een grote groep eten in Het Schnitzelparadijs. Daar vlogen de schnitzels in het rond. Althans dat heb ik gehoord, want verder heb ik er geen actieve herinnering aan”, parodieert ze een politicus.
“We moesten drie dagen herstellen”, bekent Jouk met een frons.
Iedere skiër heeft de smoor in als de pistes in mist of sneeuw zijn gehuld, want dan valt er nauwelijks te skiën. Vaak zie je dat vanuit het dal niet, daar kun je op hetzelfde moment in de volle zon staan. Dat hadden de vrouwen vorig jaar ook een keer en boven aangekomen bleken de meeste afdalingen dicht te zijn vanwege het slechte weer. “Nou,” vertellen ze met een grote lach, “toen hebben we de lift weer naar beneden gepakt, ons snel omgekleed en zijn we een dagje heerlijk wezen shoppen in Salzburg. Leuke kleertjes kopen, lunchen en zo. Daarom nemen we de laatste jaren geen skipas meer voor de hele week. Als de ski-omstandigheden top zijn nemen we een dagpas en anders duiken we lekker de sauna in of zo. En we zijn natuurlijk niet meer heel piep, hè? Dus wat extra ontspanning voor de spiertjes is ook wel lekker.”
Het ziekenhuis is er ook wel aan te pas gekomen. “Ja, ik een keer,” vertelt Tineke, “de laatste dag, de allerlaatste meter geskied, ik wil m’n ski’s losklikken, word ik geraakt door een jonge wildebras. Knieband gescheurd.” Hoewel dat pal naast het dalstation gebeurde, werd ze alsnog met een helikopter afgevoerd en Annemieke moppert: “Peperduur declareren bij verzekeraars hebben ze daar tot sport verheven.”
Ook Marlous had een keer pech. Lopend naar het appartement, zwikte ze over een gat in het asfalt en brak haar voet. Dubbel pech, want dat was op dag één. “Toch is ze gebleven”, zegt Annemieke, zo gezellig is zo’n week.” En Tineke vult lachend aan: “De enige grap aan die gipsen poot was dat ze werd geholpen door Herr Doktor Breitfuss.” De dames verdenken hem ervan dat hij onder dat pseudoniem brekebeentjes behandelt en er ‘op brede voet’ van leeft.
Reddende engelen
Op een dag kwamen ze vrij laat naar beneden, de piste was al bijna leeg en het schemerde. Lag er een man onbeweeglijk in de sneeuw en niemand stopte. “Wij wel”, en ze zetten het noodsignaal van twee gekruiste ski’s in de sneeuw. Toevallig kwam er een arts voorbij en die stopte ook. “We keren die man voorzichtig om, wat denk je? Ladderzat, maar echt hè, en toen wilde hij verder skiën. We hebben zijn ski’s afgepakt en twee van ons zijn snel naar het dalstation geskied. Zeiden ze daar met een diepe zucht: “Ach, das ist der Hanzl, ligt ’ie er weer? Dat gebeurt zowat dagelijks, donnerwetter!”
De volgende dag genoten ze weer van mooie sneeuw en gierende pret. Bij een knooppunt van pistes was het erg druk bij de liften en dan wordt van alle skiërs geduld en kalmte gevergd. “Alleen een grote groep, ik zeg niet dat het Russen waren, gedroeg zich nogal luidruchtig en onbehouwen”, vertelt Annemieke, “waarop Monique die Engelse parlementsvoorzitter imiteerde. Ze stampte met veel misbaar door die groep heen, luidkeels ‘Order, order!’ roepend. De vele Nederlanders daar lagen zowat in de sneeuw van het lachen.”
Voorlopig zijn ze nog niet voor de laatste keer geweest. “Al ware het maar omdat we tegenwoordig seniorenkorting op de skipassen hebben, haha”, roepen ze in koor, “En áls we dan ooit stoppen”, besluit Jouk, “worden we wel een filmclubje of zo.”
Exponenten van de grijze golf? Het zal best, maar deze actieve senioren weten niet of een geranium een plant is of een groente. En dat willen ze graag zo houden. ¶