Bevlogen noodarts

Bevlogen noodarts

Hij is de langst vliegende noodarts van Nederland, dr. Nico Hoogerwerf (60). Al 26 jaar werkt hij voor missies van de traumaheli. Bij een op de vijf ongevallen waar hij op vliegt, betreft het een kind. Daarnaast staat hij als anesthesioloog in de operatiekamer van het Radboudumc. Deze Maldense flying doctor doet het allemaal. Met hart en ziel.

Tekst Leo Eijkhout Foto Ralph Schmitz & privé collectie

Soms weet Nico Hoogerwerf dat zijn Mobiel Medisch Team (MMT) iemand het leven heeft gered. “Dan had die patiënt het zonder onze snelle helikopter en medisch ingrijpen niet overleefd. Dat is een kick hoor, als we het verschil maken.” En precies dát vinden hij en zijn collega’s de grootste beloning van hun werk. “Soms is het letsel té ernstig en is er geen redden aan. Dat went nooit”, zegt hij en heel even verdwijnt zijn blik in de verte

Trauma
“Of wij PTSS-proof zijn? Da’s een goeie, maar ik geloof dat alle MMT’ers dat wel min of meer zijn. Ik kan me niet heugen dat er eentje een post-traumatisch aandoening opliep,” zegt Nico, “en dat is best bijzonder, want we treffen ook zeer zwaargewonde slachtoffers.” Maar hoe schokbestendig ze ook zijn, de MMT’ers houden elkaar wel degelijk in de gaten. Na elke missie wordt er met de piloot en verpleegkundige geëvalueerd, zowel technisch als emotioneel. “We kennen elkaar goed en vragen door als we iets bespeuren”. Nico vertelt dat je dit soort incidenten het best meteen kunt herbeleven. “Dan krijgt korte-termijn emotie veel minder kans om te gaan wortelen. Maar we hebben ook een psycholoog beschikbaar, eentje met veel ervaring bij politie en defensie, daar zijn we heel content mee. Een paar keer per jaar vliegt hij met ons een missie, zo weet hij terdege wat we meemaken.”

Een MMT vliegt met een helikopter plus piloot van de ANWB. De piloot heeft doorgaans bij de marine of de luchtmacht gevlogen. Tijdens de vlucht is de arts ‘slechts’ passagier, de verpleegkundige heeft een dubbelrol en is formeel bemanningslid. Die navigeert de helikopter en kan de communicatie met de luchtverkeersleiding voeren. Daartoe zijn ze speciaal opgeleid.

Kind voor de tram
Enthousiast vertelt de Nico over zijn werk en gaat een krachtterm niet uit de weg. Maar zijn vak kent ook humor en hij haalt een klassieker aan: “De oproep luidde: ‘kind voor de tram gevallen’ en we bereidden ons op het ergste voor. Komen we ter plekke, bleek het kind niet voor, maar ín de tram te zijn gevallen en slechts een bloedneus te hebben.” Ook moesten ze een keer naar een kinderreanimatie en sneller dan snel sprongen ze in de heli. Bleek het om een vijftigplusser te gaan, van wie de tachtigplus moeder 112 had gebeld met de mededeling: ‘dat haar kind het niet meer deed’. Evengoed ernstig natuurlijk, maar ons beeld vooraf was toch anders.”

Sloten
In zijn vrije tijd bouwt Nico modeltreintjes. “Lekker in alle rust wat priegelen.” Ook kun je hem treffen in de fitness. “Beetje afreageren op die apparaten. Dat is ook goed voor mijn werk, want in de operatiekamer moet je fris zijn en in de heli ook echt fit. Ik sjouw een medische unit mee van veertien kilo en vaak landt de piloot in een weiland. Dan moet ik over hekken en sloten om bij het incident te komen. Ooit lag ik half onder een verongelukte auto een persoon te reanimeren. Wel handig als je dan een beetje fit bent”, en hij lacht weer, want er schiet hem een anekdote te binnen. “Een keer struinde ik in het duister door een weiland en stapte in de ene koeienvlaai na de andere. Vlak daarna vlogen we naar een incident in een woning en excuus makend moest ik daar met m’n strontschoenen naar binnen.”

Nico is wars van bewieroking. “Ik ben gewoon blij dat ik dit vak mag uitoefenen. Als ik zie dat de monteur mijn auto weer tiptop in orde maakt, heb ik daar oprecht bewondering voor hoor.” De kwieke arts kijkt ook vooruit. “Ik ben nou zestig en hoop dat ik dit nog een aantal jaren kan doen. Maar ooit wordt het fysiek lastig. En er is nog iets. Wij krijgen tijdens missies vaak een stoot stress-hormoon, dat kan op den duur schadelijk zijn voor je lichaam. Wij staan altijd aan, ook tijdens een slaapdienst. Onbewust ben je toch alert op de volgende noodoproep. En die komt altijd. Wist je dat de 112-centralist binnen 90 seconden de oproep  doorzet naar ons? Dat doen ze via een protocol op de computer in combinatie met gezond verstand en ervaring. Enkele minuten later zitten wij al in de lucht, nadat we zijn opgestegen onder toezicht van een tweepersoons brandweerteam. Zij staan in volle uitrusting altijd paraat op het heli-dek.”

Respect
Van een probleemgeboorte tot een negentigplusser in ademnood en van een treinongeval tot een ernstig bekneld persoon, ze vliegen op de meest uiteenlopende incidenten. Graag zouden de MMT’ers wat meer respect zien voor een slachtoffer van omstanders: “Lever geen commentaar en maak toch vooral geen filmpjes.” Respect, dat komt deze reddende engelen wel toe. En een piepklein beetje wierook.



LEES SPRINGLEVEND024 ONLINE!